Het OM heeft donderdag tegen twee mannen celstraffen geëist wegens een poging doodslag op een man in Broek in Waterland, in de nacht van 14 op 15 augustus 2014. Het slachtoffer werd willekeurig gekozen en zonder enige aanleiding van achteren aangevallen toen hij uit het tunneltje op de Jaagweg kwam lopen. Omdat ook andere passanten zijn lastiggevallen lijkt het erop dat de verdachten op ruzie uit waren.
Het slachtoffer zou van achteren tegen de grond zijn geschopt en terwijl hij op de grond lag meerdere malen tegen zijn gezicht zijn geschopt. Daarbij brak hij zijn jukbeen op meerdere plaatsen en liep een ernstige kaakfractuur en een gebroken oogkas op. Diverse getuigen zagen het gebeuren, een aantal van hen heeft de daders achtervolgd en later verklaringen afgelegd bij de politie, op basis waarvan ze konden worden aangehouden.
De officier van justitie stelt dat de verdachten de zogeheten voorwaardelijk opzet hadden op de dood van het slachtoffer. Dat betekent dat zij door het slachtoffer met hun schoenen tegen het hoofd te schoppen willens en wetens het risico hebben aanvaard dat het slachtoffer daardoor zou komen te overlijden. Immers, het hoofd is een kwetsbaar lichaamsdeel. Dat het slachtoffer geen blijvend letsel heeft overgehouden aan de ernstige mishandeling doet wat de officier betreft niet af aan de ernst van het gepleegde delict.
De officier eiste tegen de 33-jarige verdachte uit Monnickendam 2 jaar cel, waarvan 8 maanden voorwaardelijk en tegen de 20-jarige plaatsgenoot 1,5 jaar cel, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. Voor beiden moet wat het OM betreft een proeftijd van 3 jaar gelden. Daarnaast eiste de officier dat beiden zich verplicht laten behandelen en dat zij zich na hun detentie houden aan de aanwijzingen van de Reclassering. De rechtbank Noord-Holland doet in Alkmaar op 5 februari uitspraak.
