‘We hebben nog een lange weg te gaan. Maar er is hoop.’ Dit zei Renée Jones-Bos, Secretaris-Generaal van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, zondag bij de opening van de Internationale Conferentie over Bevolking en Ontwikkeling (ICPD) en mensenrechten in Noordwijk. Op de conferentie staan de rechten van vrouwen, meisjes en jongens om zelf te kunnen kiezen wanneer, met wie en hoeveel kinderen ze krijgen, en op een veilig seksleven zonder dwang en geweld centraal. De bijeenkomst duurt tot en met 10 juli en wordt bijgewoond door ministers, vertegenwoordigers van mensen- en vrouwenrechtenorganisaties, jongeren, mensenrechtenverdedigers en religieuze leiders uit 130 landen.
In haar toespraak sprak Jones-Bos over de voortgang die sinds het vast stellen van een actieplan voor de zogenoemde seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (SRGR) op de VN-bevolkingsconferentie ICPD in 1994 is geboekt. Ze bedankte de aanwezigen voor hun inzet voor mensenrechten sinds 1994.
In de afgelopen 19 jaar hebben landen en organisaties die zijn aangesloten bij de ICPD goede resultaten gehaald. Zo sterven er minder vrouwen voor, tijdens of na de bevalling en daalt het aantal aidspatiënten. ‘Maar er zijn nog steeds grote problemen. Onnodig sterven wereldwijd nog altijd bijna 300.000 vrouwen tijdens de zwangerschap of bevalling en dat zijn vaak de armste vrouwen op het platteland.’
Jones-Bos zei dat er ook in het Westen nog moet worden gewerkt aan de seksualiteit en vrouwenrechten. Toch is zij hoopvol, omdat steeds meer landen goede wetgeving aannemen en verschillende internationale organisaties resoluties hebben aangenomen om seksuele en sociale rechten te bevorderen en schending van deze rechten tegen te gaan. Het is echter ook belangrijk dat die in het dagelijks even worden nageleefd, zonder onderscheids des persoons.
De conferentie in Noordwijk is daarom volgens Jones-Bos van groot belang. ‘We kunnen niet de wereld van morgen bouwen op ongelijkheid en discriminatie.’
