Tussen 2002 en 2010 is de recidive onder volwassen gedetineerden met bijna 10% gedaald. Hiermee is het over deze periode gestelde doel ruimschoots gehaald. Ook onder jeugdige daders is de recidive in dezelfde periode gedaald. Dat blijkt uit een WODC-onderzoek dat door staatssecretaris Teeven naar de Tweede Kamer is gestuurd.
Van het aantal volwassen dat in 2010 een penitentiaire inrichting verliet had 47,3% binnen twee jaar weer contact met justitie wegens een misdrijf. In 2002 was dat nog 56,6%. De recidive onder jeugdige daders met een strafzaak daalde in zelfde periode van 39,5 naar 35,4%.
Het WODC onderzocht of de dadergerichte aanpak van Veiligheid en Justitie van invloed is geweest op de daling van het recidivepercentage. Hiervoor werden ook zes andere, mogelijke verklarende factoren, zoals de sociaaleconomische omstandigheden en fluctuaties in de pakkans onderzocht. De onderzoekers concluderen dat het aannemelijk is dat de dadergerichte aanpak een belangrijke rol heeft gespeeld bij de afname van de recidive. Daarnaast constateren zij dat een toename van de sociale cohesie in de onderzoeksperiode aanleiding vormde voor een daling van de criminaliteit in het algemeen.
De conclusies zijn voor staatssecretaris Teeven reden het ingezette beleid voort te zetten. Daarnaast vindt hij het van groot belang dat het WODC de Recidivemonitor verder ontwikkelt, om zo meer zicht te krijgen op de verbeteringen als gevolg van de genomen maatregelen en hun effect op de recidive.
