Negen mannen en twee vrouwen hebben deze week voor de rechtbank Den Haag gestaan op verdenking van grootschalige hennepteelt en -handel, mensenhandel en het vormen van een crimineel samenwerkingsverband. Tegen de twee hoofdverdachten, een 49-jarige man uit Den Haag en zijn 47-jarige broer uit diezelfde plaats, heeft de officier van justitie respectievelijk zes jaar gevangenisstraf en 30 maanden gevangenisstraf geëist. De criminele organisatie werd al geruime tijd door de politie in de gaten gehouden. Zij had verspreid over het land verschillende hennepkwekerijen waarin zij onder meer illegale buitenlanders te werk stelde. Tussen augustus 2011 en augustus 2012 rolde de politie kwekerijen op in Roelofarendsveen, Zuidwolde, Tiendeveen, Driel, Bleiswijk en Nieuwe-Pekela. Bij die acties werden honderdduizenden hennepplanten en -stekken in beslag genomen.
Uit getapte telefoongesprekken en observaties van de politie blijkt volgens de officier van justitie dat de 49-jarige Hagenaar de leider van de criminele organisatie is. Zijn broer, de 47-jarige Hagenaar, trad op als bedrijfsleider van de kassen in Roelofarendsveen en Bleiswijk. Een 44-jarige Hagenaar, een 50-jarige Rotterdammer en een 69-jarige inwoner van Nieuwe-Pekela waren volgens het OM op papier eigenaar van de plekken waar hennepkwekerijen waren. Verder verdenkt het OM een 27-jarige vrouw uit Den Haag van hulp bij het regelen van werknemers in de kwekerijen. Een 48-jarige Haagse assisteerde de hoofdverdachten in de hennepkwekerij in Roelofarendsveen en trad op als hun plaatsvervanger in de hennepkwekerij in Bleiswijk. Een 45-jarige Hagenaar zorgde voor het transport van de ladingen hennep. Twee mannen uit Vlaardingen en een uit Hoek van Holland waren de afnemers van de hennepplanten.
Ook trof de politie in de kwekerijen illegale buitenlanders aan die werden uitgebuit. In de kas te Driel bevond zich een Bulgaarse man die daar al maanden werkte en op een bank sliep. Hij was ondervoed en verkleumd. Zijn enige contact met de buitenwereld bestond eruit dat hij af en toe met zijn vrouw mocht bellen. De man was naar Nederland gekomen om hier geld te verdienen, onder andere voor een operatie van zijn zieke vader. Hij ontving echter geen betaling en stond in Driel onder toezicht van de 44-jarige Hagenaar.
Ook haalden de verdachten een Bulgaarse vrouw van 58 jaar naar Nederland. Zij had huwelijksproblemen en verkeerde in de veronderstelling dat zij in Nederland op de kinderen van haar nicht – de 27-jarige Haagse – zou gaan passen. Zij werd echter ondergebracht in Nieuwe-Pekela, in huis bij de 69-verdachte die in haar een mogelijke vriendin zag. Daar moest zij in de hennepkwekerij – zonder betaling – de planten verzorgen. Na verloop van tijd werd zij naar Den Haag gehaald en moest voor een minimale vergoeding werken in een kas in Waddinxveen.
De officier van justitie acht bewezen dat de zeven mannen en twee vrouwen een crimineel samenwerkingsverband vormden met als doel het kweken en verhandelen van hennepplanten. Daarnaast vindt de officier dat de 49-jarige Hagenaar, de 27-jarige Haagse, de 69-jarige inwoner van Nieuwe-Pekela en de 44-jarige Hagenaar zich schuldig hebben gemaakt aan mensenhandel. Naast de twee hoofdverdachten hoorden de overige verdachten gevangenisstraffen tegen zich eisen die varieerden tussen de 24 maanden en 84 dagen en werkstraffen tussen de 180 en 120 uur.
