De officier van justitie in Den Haag heeft op donderdag 30 mei een gevangenisstraf van 17 jaar geëist tegen een 46-jarige man zonder vaste woon- of verblijfplaats. Hij wordt verdacht van gekwalificeerde doodslag en poging tot doodslag. Hij zou op 9 juni vorig jaar een 80-jarige Hagenaar in diens woning aan de Falckstraat in Den Haag hebben beroofd en met messteken om het leven hebben gebracht. Ook probeerde hij de neef van het slachtoffer van het leven te beroven, die kort na het misdrijf bij het huis van zijn oom aankwam om hem naar Schiphol te brengen. De verdachte en beide slachtoffers zijn allen (verre) familie van elkaar.
Uit onderzoek is vast komen te staan dat de 80-jarige man op zaterdagochtend 9 juni 2012 om 11.17 uur nog in leven was. Hij belde toen met een familielid. Op camerabeelden is te zien dat de verdachte op dat moment op loopafstand van de woning van het slachtoffer is. Iets voor 11.44 uur belde de neef van het slachtoffer aan bij de woning. Hij zou zijn oom die ochtend namelijk naar Schiphol brengen omdat de man naar Marokko zou gaan voor familiebezoek. De portiekdeur werd door iemand anders geopend. Toen de neef voor de voordeur van zijn oom stond, werd na één keer bellen niet open gedaan. Na de tweede keer deed de verdachte uiteindelijk open. De neef zag zijn oom levenloos op de grond liggen. Volgens de neef zei de verdachte toen dat hij zijn plan had gedwarsboomd. De verdachte dwong de neef de zoon van het slachtoffer te bellen om te zeggen dat hij onderweg was naar Schiphol. De verdachte probeerde vervolgens de neef ook te steken, waarbij de neef zich verzette en kleine verwondingen op liep. Hij wist uiteindelijk op zijn sokken het huis uit te vluchten, zijn bril en telefoon achterlatend. De neef waarschuwde de politie en zij trof de om het leven gebrachte man aan. De neef werd eerst aangehouden, maar toen duidelijk werd dat zijn verklaring klopte, op basis van telefoongegevens, camerabeelden en getuigenverklaringen, werd hij weer vrijgelaten. De verdachte werd circa twee weken na het misdrijf aangehouden in Frankrijk.
Uit onderzoek is gebleken dat het slachtoffer duizenden euro’s contant geld in huis moet hebben gehad. Dit wilde hij meenemen naar Marokko. Dit geld is niet teruggevonden.
De verdachte kampt met een gokverslaving en heeft circa € 35.000 aan schulden. Hij werd op de dag van het misdrijf gesignaleerd in twee casino’s in Rotterdam. De dag daarop vertrok hij naar Frankrijk. Daar werd hij twee weken later door de Franse politie in de buurt van Avignon aangehouden en uitgeleverd aan Nederland.
Het slachtoffer bewaarde het geld dat hij mee wilde nemen naar Marokko, vermoedelijk in zijn broekzakken. Bij het aantreffen van de man waren zijn broekzakken naar buiten getrokken. Op de rechterbroekzak van het slachtoffer werd DNA van de verdachte aangetroffen. Het geld is niet meer bij het slachtoffer of in zijn huis gevonden. Daarnaast is er op de jas van verdachte bloed van de 80-jarige gevonden.
De verdachte vertrok de dag na het misdrijf naar Frankrijk. Uit onderzoek bleek dat hij vanaf dat moment tot aan zijn aanhouding twee weken later ruim €3100,- heeft uitgegeven. Dit terwijl de man schulden had en dus niet over zoveel geld zou kunnen beschikken.
Tot slot is er de verklaring van het andere slachtoffer, die uit onderzoek betrouwbaar blijkt.
De verdachte geeft toe dat hij op 9 juni in de woning van de 80-jarige was, maar ontkent hem om het leven te hebben gebracht en de neef met een mes te hebben aangevallen. De verwondingen die de neef na het misdrijf had, tonen echter aan dat het zeer aannemelijk is dat dit wel is gebeurd.
De officier van justitie verwijt het de verdachte dat hij de 80-jarige man in zijn eigen woning om het leven bracht. Waarschijnlijk heeft het slachtoffer de man nietsvermoedend binnengelaten. Vervolgens is de oude man met geweld om het leven gebracht, voor geld. Het andere slachtoffer moet verder leven met een traumatische ervaring: hij trof zijn geliefde oom aan en werd ook zelf bedreigd met de dood, waarna hij moest rennen voor zijn leven.
De officier vindt dit overwegende een gevangenisstraf van 17 jaar op zijn plaats.
Bij doodslag wordt onderscheid gemaakt tussen ‘gewone’ doodslag en gekwalificeerde doodslag. Doodslag staat voor het opzettelijk, zonder voorbedachte rade, iemand van het leven te beroven. Bij gekwalificeerde doodslag heeft de dader voorafgaand, tijdens of erna een ander strafbaar feit gepleegd. Om de kans op ontdekking of herkenning te voorkomen, en zichzelf van straffeloosheid te verzekeren, wordt iemand gedood.
Omdat niet is te bewijzen dat verdachte de 80-jarige heeft bezocht met het vooropgezette plan hem te doden, acht de officier niet moord maar gekwalificeerde doodslag bewezen.
