De advocaat-generaal (OM) in Den Bosch heeft vandaag in hoger beroep een gevangenisstraf van 18 jaar geëist tegen een nu 52-jarige man die ervan verdacht wordt in 2002 te Son een man om het leven te hebben gebracht.
Op 8 oktober 2002 trof de politie op een parkeerplaats in Son (gemeente Son en Breugel) een auto aan met daarin een stoffelijk overschot. Het slachtoffer was door meerdere kogels om het leven gekomen. Het onderzoek naar een verdachte werd in 2003 zonder resultaat gesloten, nu er onvoldoende aanknopingspunten bleken te zijn.
In 2005 kwam er een anonieme getuige naar voren met een belastende verklaring over de verdachte die vandaag terechtstond. Het opsporingsonderzoek is heropend in 2008. Toen werd er uit eerder veiliggestelde DNA-sporen van een sigarettenpeuk die was aangetroffen op de plaats delict middels nieuwe onderzoekstechnieken een nieuw DNA-profiel verkregen. Dit DNA-profiel werd opnieuw vergeleken met de DNA-profielen die in de DNA-databank stonden. Hieruit kwam vervolgens een match met het DNA van de verdachte. Uit het opsporingsonderzoek bleek tevens dat de verdachte rond de tijd van de moord zeer dicht bij de plaats delict is geweest. Een geloofwaardige verklaring over hoe de sigarettenpeuk daar terecht is gekomen, heeft de verdachte niet gegeven. Tijdens het heropende onderzoek legde de ex-vriendin van de verdachte ook een belastende verklaring af. Nu de belastende verklaringen van zowel de anonieme getuige als van de ex-vriendin van de verdachte worden ondersteund door diverse bevindingen uit het opsporingsonderzoek, is er in de visie van het Openbaar Ministerie voldoende wettig en overtuigend bewijs.
‘Uit beide belastende verklaringen blijkt dat verdachte een opdracht heeft aangenomen om het slachtoffer te doden. Niet is bekend geworden wie de opdracht hiertoe gegeven zou hebben. Het slachtoffer is op de plaats delict opgewacht, waarbij verdachte zich op afstand van de parkeerplaats heeft opgesteld. Verdachte heeft de bestelbus benaderd, terwijl het slachtoffer in de bestelbus zat. Vervolgens heeft verdachte in elk geval 5 maal, vrijwel direct, geschoten vanaf een zeer korte afstand. Drie schoten hebben het slachtoffer daadwerkelijk geraakt. Er is gericht geschoten op het hoofd en het hart, hetgeen de bedoeling van verdachte duidelijk weergeeft, het slachtoffer moest dood. Er zijn geen aanwijzingen voor een gewelddadige handeling van het slachtoffer naar de verdachte toe’, aldus de advocaat-generaal op zitting.
Een hoge gevangenisstraf is gezien de ernst van het feit passend. ‘Het slachtoffer is slechts 28 jaar oud geworden. Het gaat hier om een koelbloedige liquidatie waarbij verdachte het slachtoffer heeft opgewacht en vanaf een korte afstand meerdere kogels heeft afgevuurd op het slachtoffer. Het gevolg is onherstelbare schade en onvoorstelbaar groot leed voor de nabestaanden. Geen inzicht willen geven in de motieven heeft het onbegrip en verdriet voor de nabestaanden alleen maar vergroot’, aldus de advocaat-generaal tijdens het requisitoir.
Tevens is de houding van verdachte tijdens het onderzoek en op de zitting meegewogen in de strafeis. ‘De verdachte heeft geweigerd mee te werken aan enig gedragsdeskundig onderzoek. In eerdere rapporten komt een impulsieve en extreem egocentrische levensstijl naar voren. Hij vertoonde daarnaast in slechts zeer beperkte mate empatisch vermogen. Nu de verdachte een aanzienlijk strafblad heeft met daarop meerdere geweldsdelicten en het van belang is dat hij geen nieuwe strafbare feiten meer kan plegen, is een langdurige gevangenisstraf passend’, aldus het OM.
De rechtbank veroordeelde de verdachte eerder tot een gevangenisstraf van 18 jaar, conform de eis van de Officier van Justitie. De verdachte was het niet eens met deze uitspraak en stelde hiertegen hoger beroep in.
Uitspraak (naar verwachting) over twee weken.
