In opdracht van Rijkswaterstaat is dinsdagochtend vroeg de maandagavond overleden potvis los gesleept van de zandbank voor Terschelling. De potvis is vervoerd naar Harlingen en is dinsdag rond half twaalf aangekomen in de haven om daar op een afgeschermde plek op het grondgebied van het calamiteitenterrein van BDS Harlingen te wachten. De gestrande potvis liet zich dinsdag moeilijk bergen. Pas bij de derde poging lukte het de bergers het beest zeker drie pogingen mislukten, waarvan één keer omdat de staart afscheurde. De Universiteit van Utrecht, Imares, en Naturalis verrichten sectie op het dier om de doodsoorzaak te kunnen bepalen. Dit gaat naar verwachting één of twee dagen in beslag nemen.
Het ontleden van de potvis kan voor stankoverlast zorgen. In verband met de veiligheid wordt de kade voor het publiek afgesloten tijdens het ontleden van de potvis. Getracht wordt het dier daarnaast zo snel mogelijk af te voeren. De potvis moet uit het water getakeld worden en wordt met een kraan van de HOV op het bedrijf van Bosch gelegd. Rijkswaterstaat is in Nederland verantwoordelijk voor het verwijderen van dode gestrande walvisachtigen. Dit is belangrijk omdat ontbindende kadavers een gevaar kunnen opleveren voor de volksgezondheid en de veiligheid. Naturalis is eerste aanspreekpunt voor de Nederlandse overheid om aangespoelde dode walvisachtigen te onderzoeken en ontleden.
