De officier van justitie heeft voor de rechtbank in Zutphen 24 maanden gevangenisstraf met aftrek van voorarrest geëist tegen een 49-jarige man. De man stond terecht voor oplichting en valsheid in geschrifte. Volgens de officier van justitie heeft de man kenmerken van een notoire oplichter die een spoor achter zich laat van mensen die nog geld van hem tegoed hebben.
De man trok, samen met zijn vader, in de periode van 2009 tot 2014 van de ene verblijfplaats naar de andere in Nederland. Door middel van leugens zou hij mensen hebben bewogen om hem geld te lenen, goederen te leveren of onderdak te verschaffen. Zo deed hij zich voor als vermogend man in de jachtenbouw. Zijn slachtoffers kregen onder meer te horen dat hij tonnen had verdiend met de verkoop van een huis in Frankrijk, maar tijdelijk niet over het geld kon beschikken omdat het op een derdenrekening van een notaris stond. Ook zou hij gebruik hebben gemaakt van vervalste bankafschriften, een cheque en een werkgeversverklaring.
Zo zou hij in 2011 met een valse werkgeversverklaring een huurwoning in Enkhuizen hebben bemachtigd en in 2013 met een vals bankafschrift de indruk gewekt hebben dat de huur en borg voor een woning in Lelystad waren betaald. Ook van de volgende woning die hij bewoont van 2013 tot januari 2014 in Muiden, zou een huurbedrag van ruim 10.000 euro niet zijn betaald. Aan deze verhuurder zou de man ook een vals bankafschrift getoond hebben. De verhuurder werd aan het lijntje gehouden met een reeks emailberichten waarin stond dat er geld was overgeschreven of dat het er aan kwam.
Begin 2014 overnacht de verdachte met zijn vader enkele dagen in een hotelkamer in Kampen, zonder de rekening te betalen. Vervolgens verblijven ze bijna twee maanden in een Bed and Breakfast in Elburg. De eigenaresse hiervan zou op voorstel van de verdachte met hem een luxe jacht charteren in Frankrijk, waarvoor de vrouw de catering zou kunnen verzorgen. De vrouw wordt overgehaald om te investeren in het jacht en vertrekt zelfs met verdachte naar Frankrijk. Uiteindelijk gaat het bedrijf niet door en de vrouw blijft met een schadepost van 13.500 euro achter. De officier acht bewezen dat verdachte 5.500 euro van de vrouw verduisterd heeft.
Een vrouw uit Groesbeek lijdt in 2011 7.000 euro schade, als zij de verdachte geld leent voor het voldoen van openstaande boetes en advocaatkosten.
Een bedrijf uit Veenendaal heeft aangifte gedaan, omdat verdachte hier in 2009 een complete textielinventaris voor een boot besteld zou hebben ter waarde van ruim 12.000 euro. Hierbij zou gebruik gemaakt zijn van valse cheques. Tot slot deed een bedrijf uit Zwartewaterland aangifte, nadat in 2014 een vuilwaterpomp ter waarde van 3.000 euro niet was betaald door verdachte.
De verdachte en zijn vader vertrokken in 2014 naar Italië en Frankrijk en stonden sinds begin 2016 in het kader van het stafrechtelijk onderzoek internationaal gesignaleerd. Begin mei werden ze aangehouden in Frankrijk en aan Nederland overgeleverd. De strafzaak tegen de vader is geseponeerd. Er is onvoldoende bewijs dat hij op de hoogte was van de oplichtingen of hierin een actieve rol heeft gespeeld.
De officier van justitie benadrukte in zijn requisitoir de ernst van de feiten: “De schade loopt uiteen van enkele honderden euro’s tot ruim € 13.000,–. |De ernst van de feiten zit in de gewiekste manier waarop verdachte de anderen schade berokkent en de impact die het heeft op mensen die hem, vooral door zijn manier van voorkomen, vertrouwden. De ernst zit daarnaast in de hoeveelheid slachtoffers die hij maakt.”
Bij de strafeis is rekening gehouden met het feit dat verdachte zich in het verleden al eerder schuldig heeft gemaakt aan oplichting. Alles afwegende vindt de officier van justitie van 24 maanden gevangenisstraf met aftrek van voorarrest passend.
De rechtbank Gelderland, locatie Zutphen, doet op 11 november uitspraak.
