Alle bomen die gekapt zijn voor de verbreding van de A12 (41,6 ha), worden 1-op-1 gecompenseerd. Poort van Bunnik en Rijkswaterstaat planten de komende tijd zo veel mogelijk bomen in de nabije omgeving van de A12 tussen Utrecht Lunetten en Veenendaal. Poort van Bunnik plant de komende tijd 9,1 hectare bos binnen haar beheergrenzen. Voor een deel waren de locaties voor deze ‘boscompensatie’ vlak langs de A12 al aangewezen in het Wegaanpassingsbesluit (WAB) en het Tracébesluit (TB).
Arnoud Teeuwissen, projectbegeleider groen en fauna bij Poort van Bunnik: “We konden daardoor al in november 2012 de eerste bomen planten. Deze aanplant loopt tot half april, daarna wordt het te droog. We zijn al een eind. Mochten we het voor die tijd niet halen, dan doen we de rest in het najaar. De omgeving heeft hier weinig last van: het planten verloopt haast zonder geluid.”
Rijkswaterstaat pakt daarnaast nog 32,5 hectare boscompensatie op, in samenwerking met Dienst Landelijk Gebied. Al in 2009 is hiervan 7 hectare geplant achter het gemeentehuis in Odijk. Bijzonder, want het gebeurt niet vaak dat er al voor de start van de uitvoering wordt gecompenseerd. De Dienst Landelijk Gebied heeft inmiddels een lijst met andere veelbelovende locaties. Willem Jan de Wolf, plaatsvervangend omgevingsmanager bij Rijkswaterstaat: ‘Voor de compensatie buiten de beheergrens moeten we ook op zoek naar grond die niet van Rijkswaterstaat is. Dat maakt onze taak iets lastiger.’
De komende tijd onderhandelt Dienst Landelijk Gebied over deze locaties met gemeenten en andere grondeigenaren. De Wolf: ‘Volgens de Boswet moeten gekapte bomen binnen 3 jaar worden gecompenseerd. Rijkswaterstaat is daarvan vrijgesteld en mag daar zelfs 10 jaar over doen. Maar wij willen de bomen zelfs nog eerder dan die 3 jaar terugplanten, dicht in de buurt van het tracé. Terwijl dat wettelijk – bij wijze van spreken – zelfs in Noordoost Groningen mag.’
In het landschapsplan van Rijkswaterstaat is het type beplanting per locatie bepaald. Elk soort bos heeft een eigen code, bijvoorbeeld: eiken, beuken en groene dennen. Teeuwissen: ‘Voor onze 9,1 hectare plaatsen we 13.000 planten van 60 tot 100 centimeter hoog op de ecoducten en nog 43.000 op het overige traject. Dit zijn bijvoorbeeld taxussen, eiken en meidoorns. Verder plaatsen we nog 460 bomen en 39.000 klimplanten langs geluidschermen.’
Bij de boscompensatie houden Rijkswaterstaat en Poort van Bunnik rekening met de bodem en het cultuurhistorisch landschap. Teeuwissen: ‘Er is hier veel zandgrond, vooral geschikt voor eiken. De eik is een boom die van origine thuishoort op de Utrechtse Heuvelrug. Ook komt hierin de biodiversiteit het beste tot zijn recht. Er zitten veel rupsjes en bacteriën in, daar komen weer vogels op af. Het duurt alleen nog wel een tijdje voor een boom volgroeid is.’
