De advocaat-generaal (OM) in Den Haag heeft vandaag in hoger beroep een geldboete van € 2.500,– waarvan € 1.300 voorwaardelijk geëist tegen een man die vijf maal als imam van een moskee in Den Haag godsdienstige plechtigheden verrichtte terwijl er nog geen burgerlijk huwelijk gesloten was.
Dit is als overtreding strafbaar gesteld bij wet. De man verrichtte deze handelingen in de periode van juli 2011 tot en met december 2011. Het bestuur van de moskee deed aangifte.
Het OM vindt dat een deels onvoorwaardelijke geldboete recht doet aan de ernst van de feiten. “Verdachte heeft het Wetboek van Strafrecht overtreden. Hij had als imam een voorbeeldfunctie. Verdachte is, na een verzoek van de Haagse burgemeester om het sluiten van Islamitische huwelijken zonder voorafgaand burgerlijk huwelijk te staken, met deze praktijk doorgegaan. De geëiste straf moet mede tot uitdrukking brengen dat het niet getolereerd wordt, als geestelijke op deze wijze de Nederlandse regelgeving willens en wetens te negeren”, aldus de advocaat-generaal op de zitting.
De kantonrechter veroordeelde de verdachte tot een voorwaardelijke geldboete van € 750. Het OM stelde hoger beroep in omdat het vindt dat een voorwaardelijke geldboete geen recht doet aan de ernst van de feiten.
Uitspraak (naar verwachting) over twee weken.
